Dream Theater – A View From The Top Of The World
Jaar van Release: 2021
Label: Inside Out
“AView From The Top Of The World” is een klassiek en sterk Dream Theater-album. Het is ergens jammer dat je het, als je zou willen, bij deze ene zin kan laten wat deze recensie betreft. Want de koningen van de progressieve metal doen vrijwel niets dat je niet eerder van ze hoorde. Maar zoals gezegd: ze doen het wel heel goed. Een plaat op maat gemaakt voor elke doorgewinterde progmetalfan. Zelfs na honderden shows, twee GRAMMY Award nominaties, en bijna vier decennia samen, blijft Dream Theater vooruitkijken. Hun collectieve blik wijkt nooit van de toekomst. In plaats daarvan verkennen de progressieve metal pioniers – James LaBrie (zang), John Petrucci (gitaar), Jordan Rudess (keyboards), John Myung (bas), en Mike Mangini (drums) – consequent onbekend terrein met dezelfde geest van geluidsexplosiviteit. Wat heeft Dream Theater nog te bewijzen na 33 jaar progressieve metal? Een periode waarin de legendarische band van invloed was en is op veel muzikanten die soortgelijke muziek of een variant ontwikkelden die ervoor zorgde dat prog metal zich is blijven ontwikkelen.
Op hun vijftiende album, “A View from the Top of the World”, gaat het New Yorkse vijftal weer in volle vaart vooruit met zeven tracks die evenzo doordrenkt zijn van uitgesproken arrangementen, groove-ladende gitaren, en indrukwekkende melodieën. De progrock dinosauriërs laten eind oktober weer een nieuw werkstuk op de fans los. Het is een ambitieus album geworden. Ik moet zeggen dat dit een album is waar je voor moet gaan zitten bij je eerste luisterbeurt, en waarschijnlijk ook een handvol luisterbeurten daarna, want het is lang. Met nummers die minstens drie keer langer meegaan dan een regulier, mainstream aanbod. En kijk, ze geven je een geweldige tijd voor je doorzettingsvermogen. Typisch Dream Theater dus zult u denken, maar zelfs voor hun begrippen is het pittige luisterkost. De tourloze coronatijd en het gemak van deze keer een eigen studio (Dream Theater Head Quarters in New York) heeft de band misschien wel iets te veel schrijftijd geboden om los te gaan op complexe songs. Het eerste dat opvalt is de productie (door gitarist Petrucci samen met Andy Sneap), die klinkt als een klok en doet terugdenken aan het geluid op ‘Images and Words’, vooral het drumgeluid. Het tweede dat opvalt is de stem van LaBrie, die klinkt prima hier, al dan niet met nogal wat ondersteuning van de studiotechniek. Het contrast met zijn live-prestaties wordt waarschijnlijk steeds groter helaas.
We weten niet waarom, maar we kunnen ons de tijd nog herinneren als we terug gaan naar het jaar 1997 toen we na de eerste luiserbeurt van “Falling Into Infinity” dachten: ‘Hoe gaan die mannen het in godsnaam interessant houden op hun volgende plaat? We vonden voorgangers “Images & Words” en “Awake” toch wel heel goed, dus we waren er stellig van overtuigd dat Dream Theater waarschijnlijk een plafond bereikt had. Maar kijk. We zijn vierentwintig jaar en vijftien miljoen verkochte albums verder en hier is het nieuwe, alweer vijftiende album van Dream Theater: “A View From The Top Of The World”. Geen verkeerd gekozen titel, want dit niet kapot te krijgen vijftal staat al jaren aan de top van het progressive metal-genre. Veel geïmiteerd, nooit geëvenaard, zoals ze zeggen. Vol enthousiasme is het kwintet uit New York aan de slag gegaan voor dit album. Zanger James LaBrie geeft aan dat elke opnamesessie benaderd wordt alsof de band haar eerste album op gaat nemen. Er wordt niets voor zeker aangenomen en de diehard fans mogen zeker niet teleurgesteld worden.
Dream Theater is dan ook een merk. Je hoort een nummer en je weet meteen dat het van hen is. Het voordeel is duidelijk. Het nadeel ook: hoe hou je het in godsnaam fris en hoe vermijd je dat je steeds weer hetzelfde nummer maakt? Dus is onze eerste vraag bij nieuw werk altijd: springt het eruit? Een band met een lange carrière als Dream Theater wordt altijd afgemeten aan zijn eigen enorme nalatenschap. Moet een nieuw album anders klinken of vergelijkbaar zijn met eerdere inspanningen? Zijn ze gewoon zichzelf aan het herhalen of baanbrekend? Of maakt het uit? Welnu, afhankelijk van wie je het vraagt, is het antwoord ja op een of al deze. Maar zijn de nummers uiteindelijk goed, en is dit een goed album? Laten we het uitzoeken…
Opener “The Alien” was de eerste single: vintage, melodieuze Dream Theater. En dat 9 minuten en 31 seconden lang. Het overdonderende The Alien is een stevig en uptempo nummer. Het nummer ontstaan nadat LaBrie een interview kijkt dat Joe Rogan met Eton Musk heeft over het ontdekken van andere planeten en plannen om op andere planeten dan de aarde te gaan wonen. De mens wordt The Alien. “Answering The Call” is niet eens goed en wel begonnen, of de gitaar- en keyboardriffs kletsen ons al om de oren. Halverwege laten John Petrucci en Jordan Rudess ons ook nog eens alle hoeken van de kamer zien in een waar solofeest. De tweede single Invisible Monster gaat over ongerustheid en hoe dat vreet aan mensen. Je kan het niet zien maar het achtervolgt je. Langzaam wordt het tempo verhoogt, de drums gaan sneller, de gitaarpartijen komen op. Het is een nummer dat zich stiekem in je hoofd nestelt om daar te blijven rondspoken.
Over naar “Sleeping Giant”. Na een paar minuten dringt de vraag zich op: ‘Is dit een meesterwerk?’. Het nummer geeft je werkelijk op geen enkel moment de indruk dat je het doorhebt: telkens gebeurt er weer wat anders, of het nu een solo, een break of een tempowissel is. Zet voor dit nummer een koptelefoon op en geniet van het surround-geluid en de manier waarop ze sommige geluiden door de linkerluidspreker leiden, sommige door de rechter, en sommige door je hoofd heen en weer bewegen. We hebben ook een orgelmelodielijn en synths die echt doorbreken in dit nummer, wat voor mij elementen zijn die doen denken aan het prog-tijdperk van de jaren 70. Het is frapant om te horen dat de drums relatief eenvoudig zijn (in vergelijking met andere nummers), of misschien is eenvoudig niet het woord – bijna gereserveerd als aanvulling op de gitaarriffs. De band wordt zelfs een beetje jazzy en dit nummer is een solide favoriet.
Het is natuurlijk onmogelijk om te praten over het volgende nummer, ” Transcending Time “. Het Rush-achtige, bijna vrolijke, catchy nummer. In laatstgenoemde komt James LaBrie met zijn meest memorabele zanglijnen van het album. Mede daardoor zal het een van de favorieten van de fans zijn. Het is iets wat de band wilde aanpakken (en waarom niet?) omdat het een uitdaging kan zijn om te schrijven zonder poppy of overdreven vrolijk te klinken. In dit geval slaagde de band erin om de lijn te volgen. Mangini kan wat minder “metal” drumpatronen spelen, Jordan kan wat spelen met de keyboardpartijen, die misschien iets minder sinister en net wat hoopvoller zijn, en JP krijgt de opdracht om een aantal grote opzwepende akkoorden te tokkelen. Al met al een heel toegankelijk nummer.
En En wat te denken van “Awaken The Master”? Een van vet druipende, in vuile motorolie gedrenkte riff mept ons plat, met de hulp van een ontketende Mike Mangini. Rudess haalt eerst wat funky keyboards boven, daarna een piano (ja, een piano!), Petrucci soleert erover en dan terug naar die monsterriff. Tjonge, dat is meer muziek dan sommige groepen op een heel album weten te brengen. En het zijn pas de eerste drie minuten van een tien minuten durende progressive party.
Kan het nog langer? Ja, hoor. Het titelnummer duurt maar liefst 20 minuten en 23 seconden. Je bent Dream Theater of je bent het niet. Maar de vraag was dus: springt het eruit? Nou en of. Het is een fantastische afsluiting van weer een briljant album dat deze keer geen ballads kent. Het enige rustpunt op het album is de break in het titelnummer, het is een rustpunt in het nummer dat verhaalt over de gevaarlijke dingen die de mens uithaalt. Diepzeeduiken, solo bergbeklimmen, surfen op (te) hoge golven en meer. Ook al hebben we het voor iets kortere nummers, toch zou “A View From The Top Of The World” zomaar eens het beste, meest inventieve album van deze line-up kunnen zijn. Het weidse, cinematografische gevoel van de nummers, alsof ze de soundtrack van een onbestaande film zijn, palmt ons volledig in. Bovendien vroegen we ons op geen enkel moment af waar Mike Portnoy was. En John Petrucci, tja, die is meer dan ooit een gitaargod: hoe hij al meer dan dertig jaar consequent zo’n hoog niveau haalt, is gewoon bovenmenselijk. Het is misschien eenzaam aan de top, maar met dit plaatje is het er toch best gezellig.
Conclusie: Dream Theater verrast niet en is dat opzicht een veilige plaat geworden, maar stelt evenmin teleur. De kwaliteit van de heren musici druipt er van af. In sommige passages wordt dit misschien wat overdreven. Door de herkenbare stijl, vallen de vernieuwingen, die de heren altijd proberen door te voren, natuurlijk wat minder op. De verwachtingen zijn dan misschien bij DT altijd wat te hoog gespannen. Wat dat betreft is deze goede vijftiende full-length een typisch DT-album dat meer dan de afgelopen albums teruggrijpt op het verleden. “A View From The Top Of The World” is een plaat, waarvan je kunt genieten met een aantal heel sterke momenten, maar ook fases waarin de plaat de aandacht niet altijd vast weet te houden. Ben je al tien jaar uitgekeken op Dream Theater? Je hebt na het album ” The Asthonishing” de handdoek in de ring gegooid. Deze rockopera was niet de meest briljante set van de band en waarschijnlijk een misser in hun repertoire. Met het album “Distance Over Time” heeft de band zich weer herpakt, is dit album aan je aandacht ontglipt, eerst luisteren, is je mening dan nog niet veranderd, dan zal deze plaat je ook niet overtuigen. Kijk je uit naar een album dat herkenbaar is met elementen uit de discografie (waaronder Metropolis part 2 – Scenes From A Memory), dan heb je met A View From The Top Of The World een prima Dream Theater-album in handen.
Geef een reactie