Tesla-Bust A Nut
Jaar van Release: 1994
Label: Geffen
Toen Tesla op 23 augustus 1994 hun vierde studioalbum uitbracht, “Bust a Nut” , kon een grappige titel niet verhullen dat ze vochten om te overleven. Destijds zat de Californische band – net als zoveel van hun hairmetal-collega’s – hulpeloos gevangen in het vizier van de grunge.
Het maakte niet uit dat Tesla’s geboorteplaats Sacramento hen veel leerde over economische tegenslagen en waarden van de arbeidersklasse. Het maakte ook geen verschil dat Tesla’s eerste twee albums ( Mechanical Resonance uit 1987 en het hitgedreven The Great Radio Controversy uit 1989 ) succesvol waren geworden dankzij de combinatie van op klassieke rock gewortelde muzikale intelligentie en radiovriendelijke glossy productie.
Niettemin kwam die intelligentie scherper in beeld tijdens het omvangrijkere Psychotic Supper uit 1991 – om nog maar te zwijgen van de Five Man Acoustical Jam, die keurig de hele unplugged-rage in een versnelling bracht. Tesla breidde deze songwriting-elementen vervolgens uit op Bust a Nut , zoals blijkt uit hoogtepunten als het louterende ‘Shine Away’, het relaxte ‘Try So Hard’, het aanstekelijke ‘Need Your Lovin”.
Goh, Tesla ging niet over op grunge of rap in 1994? Nee, in plaats daarvan ging Tesla koppig door, zoals ze altijd hebben gedaan, zonder te buigen voor trends. “Bust a Nut” was geen succesvol album, maar wel verdomd goed. Als je het album ‘alles van hetzelfde’ noemt, doe je het tekort. Het klonk als Tesla, maar dan een tikkeltje zwaarder en diverser.
“The Gate” nodigt je uit via puffende gitaren en piepende zessnarige snaren. Het gaat over in “Invited”, een prima introductie. ‘Invited’ weerspiegelt het licht en de schaduw van Tesla in één nummer: de treurige akoestische verzen, de zware en pakkende refreinen, allemaal geworteld in een solide klassieke rocksfeer. Tommy Skeoch en Frank Hannon vormden een prima gitaarduo. Nog zwaarder is ‘The Solution’, dat ongeveer net zo metal is als Tesla ooit is geweest. Liedjes over milieubehoud zijn relevanter dan ooit: “Moeder natuur zit op haar knieën, en wij zijn de reden voor haar ziekte.” Helemaal waar, Jeff Keith. “Als we morgen willen overleven, is de oplossing om vandaag iets te veranderen.” Tesla heeft nog nooit zo’n schurende, ontstemde riff als deze gebruikt. Hoe zit het met het feit dat het “gewoon hetzelfde” is? Tesla ging niet voor de grunge, maar ze konden wel harder gaan binnen hun eigen stijl.
Een briljant nummer genaamd “Shine Away” gebruikt de zacht/luide dynamiek die gepopulariseerd is door grunge. Geniet van enkele gepatenteerde Tesla-gitaarharmonieën die altijd klinken alsof ze geïnspireerd zijn door Thin Lizzy, maar deze keer grenzend aan Iron Maiden! Tijd om de boel wat te temperen met een ballad, en “Try So Hard” is een prachtig exemplaar in akoestische vorm. Een goede variëteit aan nummers beslaat de rest van kant één, maar het volgende voor de hand liggende hoogtepunt is “Action Talks”. Het lijkt wel dat alle boosheid is vertaald in dit nummer.
Bluegrass en stevige bluesachtige rock komen samen op “Mama’s Fool”, waarbij Tesla nooit bang is geweest om genres te mixen. Oplettende fans zullen de akoestische openings- en slotpatronen herkennen als dezelfde als die van “Government Personnel” uit Psychotic Supper (1991). Een slaande beat drijft het spannende “Cry” aan, een killer track gebaseerd op een simpele riff. “Rubberband” keert terug naar het zacht/luid formaat. Het refrein gaat dagenlang door en blijft hangen. Een andere zware groovy nummer genaamd “Earthmover” verdient zijn titel, maar enkele van de beste nummers op kant twee zijn de ballads. ‘A Lot to Lose’ is sympathiek, en ‘Wonderful World’ begint met een akoestisch tintje. Het beste van alles is de leuke afsluiter, de oude Joe South-hit “Games People Play”. Het is Tesla-fied en de sitar wordt gedumpt ten gunste van meer traditionele rockinstrumenten. Het is getransformeerd in een soul-gospel-rock-‘n-roll-leuke tijd.
Tesla ontsloeg Tommy Skeoch (te veel drugsproblemen) en ging over op een kwartet voordat ze elkaar gingen. Gelukkig hebben ze sinds 2001 genoten van een lange en op kwaliteit gerichte reünie. “Bust a Nut” is een onbezongen hoogtepunt uit hun catalogus, en een album dat je er goed aan doet om op te pakken.